Hoe je niet-helpende piekergedachten over de ex omzet in rust en regie
Ze zat tegenover me.
Moe. Prikkelbaar.
En met tranen die ze al weken probeerde weg te duwen.
“Ik weet wel dat ik me niet zo druk moet maken. Maar haar appjes, haar blikken, haar aanwezigheid in ons leven… het vreet energie. En ik wil dit niet meer. Echt niet.”
Lieke (niet haar echte naam) is bonusmoeder van twee jongens. Haar partner heeft co-ouderschap, wat betekent dat de ex elke week opduikt, in schema’s, in communicatie, in ongevraagde opmerkingen. En hoewel Lieke weet dat ze ‘erbij hoort’, voelt het alsof ze nooit echt volwaardig mee mag beslissen. Of ademen.
“Het is niet eens wat ze doet. Het is wat ik denk dat ze denkt. En dat is eindeloos.”
Hoe piekergedachten zich vastbijten
Lieke’s hoofd draaide overuren:
-
“Wat vindt ze van mij?”
-
“Waarom bemoeit ze zich met wat wij eten?”
-
“Zegt ze tegen de kinderen dat ik streng ben?”
Ze wist dat ze erin vastzat. Maar het hielp niet om tegen zichzelf te zeggen “laat het los”.
Dat klinkt mooi. Maar loslaten lukt pas als je weet waar je grip wél zit.
Hoe piekeren werkt in je brein
Gedachten komen en gaan. De meeste zijn onschuldig of praktisch.
Maar sommige gedachten blijven hangen, groeien uit tot verhalen en worden zó geloofwaardig dat je ze voor waarheid aanneemt.
Dat gebeurt vooral als:
-
Je moe bent
-
Je je onveilig voelt
-
Je geraakt wordt in oude pijn (zoals afwijzing, controleverlies of uitsluiting)
Je brein wil orde scheppen. Dus het blijft maar herhalen, analyseren, voorspellen.
Piekeren is eigenlijk een mislukte poging tot controle in je samengestelde gezin.
Je denkt: “Als ik er maar genoeg over nadenk, dan weet ik wat ik moet doen.”
Maar het enige wat je uiteindelijk doet, is… jezelf uitputten.
Gedachten zijn geen feiten. Maar ze kunnen wel voelen als een storm.
De kracht zit ‘m niet in stoppen met denken.
De kracht zit in herkennen dat je een keuze hebt:
Geloof ik deze gedachte?
Of kies ik iets anders?
Mini-oefening: Van piekeren naar regie in je stiefgezin
Tijdens de sessie deden we deze oefening. Misschien helpt hij jou ook:
Schrijf op:
-
Wat is de piekergedachte die steeds terugkomt?
Bijv. “Ze heeft altijd kritiek op mij.” -
Wat voel je erbij?
Boosheid, onzekerheid, verdriet? -
Is dit een feit, of een gedachte?
Vaak is het een aanname of oude pijn die geraakt wordt. -
Wat wil jij wél voelen of geloven?
Bijv. “Ik ben geen bedreiging. Ik ben een betrokken bonusouder.” -
Welke kleine stap kun jij zetten om dát gevoel te versterken?
Bijv. stoppen met teruglezen van appjes. Of een afspraak maken over communicatie.
Wat er veranderde bij Lieke
Ze leerde haar aandacht terug te halen naar wat er wél toe doet:
-
Hoe zij wil leven in haar huis met haar stiefgezin.
-
Welke bonusmoeder zij wil zijn.
-
Wat haar energie verdient en wat niet.
“Ik voel me zoveel lichter. Ze ís er nog, maar ze zit niet meer aan het stuur in mijn hoofd.”
En dat is precies het verschil.
Piekeren kost energie.
Regie geeft ruimte.
En jij?
Voel je dat je vastloopt in je hoofd?
Dat je jezelf verliest in een stroom van gedachten waar je moe van wordt?
Deel je gedachte met ons, we denken graag met je mee